Na de jaren van dalende prijzen en volume, gaan transporteurs de komende periode de gevolgen van de vergrijzing voelen. Personeel vinden wordt hierdoor nog moeilijker terwijl klanten steeds veeleisender worden wat betreft snelheid van levering. Gian Ploegmakers, ondernemer en uitgever van Regio Business: “Tel daarbij de hoge brandstofprijzen en strenge milieueisen op en ik vraag me af: waarom zou je nog ondernemer willen zijn in deze branche?” Chris Cooijmans (MOL Logistics) reageert gekscherend: “Je geeft het antwoord zelf al; het is de meeste sexy branche die er bestaat. Echt waar, never a dull moment!” Tijdens de rest van de discussie onder leiding van Kees Rennen (ondernemer en
voorzitter van het Heusdens Bedrijvenplatform) is de toon serieuzer. Het blijkt
dat vervoerders de geschetste problemen het hoofd bieden door meer samen te gaan werken. Cooijmans bevestigt: “Zoals in Freight Factory, dit is een innovatief ICTconcept ontwikkeld door zes transportbedrijven. Zij beseffen dat ze de markt niet steeds als individuele partij moeten benaderen, maar elkaar kunnen versterken.”
Transparant transport
De transport- en logistiek branche verschuift steeds meer van een doe-industrie
naar een kennissector. Jorn Versteijnen (Versteijnen Logistics) vertelt: “Vroeger
maakten we ons alleen druk om de vraag: past alles in die blauwe auto? Maar nu
lossen we met behulp van IT complexe, logistieke problemen op voor onze klanten. En dan maak je als vervoerder soms ook eens gebruik van een gele of paarse auto of van vervoer per trein. Zaken als customer service en de back office zijn steeds belangrijker voor onze klanten. En voor hun eindklanten geldt: als de auto maar op tijd is. En als de auto niet op tijd is, wil onze klant dat weten voordat de eindklant het weet. Als je daaraan kunt voldoen als transporteur dan ben je succesvol.” Jorn Versteijnen is gastheer van dit debat. Hij staat sinds drie jaar aan het hoofd van familiebedrijf Versteijnen Logistics, gevestigd op Vossenberg in Tilburg. Versteijnen heeft onlangs de laatste vergunningen binnengehaald voor de bouw van een magazijn voor de opslag van chemische stoffen. Hiermee kan het bedrijf voldoen aan alle wensen van haar opdrachtgevers uit de chemische industrie. Het magazijn zal ook gebruikt gaan worden als overslaglocatie
voor klanten en collega-vervoerders.
Voorzichtige groei
Niet iedere transporteur had evenveel last van de recessie. Het maakt verschil voor welke branche je vervoert en op- en overslaat. Leo Nolen (C. Huybregts) werkt voornamelijk voor de levensmiddelenbranche. Hij zegt: “Wij hebben weinig
gemerkt van de crisis, want gegeten wordt er altijd. Toch zien ook wij een licht herstel in zowel volume als prijs. Maar ik denk dat de prijzen zich pas echt zullen herstellen als de economie terugkeert naar het niveau van 2006 toen wij regelmatig de vraag kregen: wilt u voor mij iets vervoeren?” Chris Cooijmans zegt: “Ik verwacht dat 2011 nog beter wordt, maar dat de groei licht zal zijn.” Ook bij Swaans zien ze het volume fors toenemen. Rob Swaans merkt op: “Prijsdruk is er nog steeds, al merk ik wel dat we dit jaar weer goed met klanten kunnen praten over onze tarieven. Het vertrouwen is er, maar ik denk dat de markt echt weer overspannen moet raken om de tarieven gezond te maken.” Theo van Venrooij (Barsan Group) bevestigt wat zijn medetransporteurs zeggen. “Voor dit jaar zien we een stabiele groei en ontwikkeling.” Jorn Versteijnen vertelt: “De chemie herstelt zich al sinds het eerste kwartaal van 2010, maar de afbouw waarvoor wij ook veel werken, maakt zich zorgen over 2011. Voor ons bedrijf als geheel zie ik een stijging van het volume, maar ik maak me wel zorgen om de schulden van veel overheden in Europa. Er zal bezuinigd moeten worden
en dat gaat onze branche voelen.”
Logistics City
Eind 2010 is Logistics City opgestart. In dit project bundelen bedrijfsleven, overheid en kennisinstellingen hun krachten om Brabant als regio op de kaart te zetten. Chris Cooijmans: “Dit is nodig, omdat de regio zwak is in het zichzelf profileren. We moeten ons internationaal oriënteren, maar denken nog teveel in gemeenten.” Logistics City omvat de hele regio Midden- Brabant en zelfs een groot deel van de provincie. Arthur Smits (Roozen van Hoppe) stelt: “Tilburg en Waalwijk kunnen elkaar prima versterken. Ik miste die samenwerking
in het verleden vaak.” Smits was jarenlang directeur beleid en projecten van
de gemeente Waalwijk en spreekt dus uit ervaring. Maar als Logistics City bijna heel Brabant beslaat, waarom is dan gekozen voor de term ‘city’? Bas Holland (Midpoint Brabant / Logistics City) legt uit: “Logistics City is een wetenschappelijke term. Ik begrijp dat mensen hem onduidelijk vinden, maar over een jaar weet echt iedereen wat het project inhoudt en is de naam geen
kwestie meer.”
Europese demoregio
De Universiteit van Tilburg (sterk in de sociale wetenschappen) gaat samen met het logistieke topinstituut Dinalog uit Breda, de gemeenten in Midden Brabant en een groot aantal ondernemers in Logistics City aan de slag om de positie van de regio te versterken op het terrein van duurzame logistiek en goederenvervoer. Hiervoor is innovatie nodig, moet o.a. de bereikbaarheid van Midden-Brabant verbeterd worden, scholing beter aansluiten op de praktijk en de havens in de regio versterkt. De gemeente Tilburg draagt 1,2 miljoen euro bij en vanuit de provincie komt 2 miljoen euro. Bas Holland: “We willen de Europese top demoregio worden; nieuwe logistieke kennis en technieken zullen hier uitgetest en vermarkt worden.” Erik de Ridder, wethouder Economische Zaken in Tilburg, schetst: “Hiermee versterken we niet alleen Midden-Brabant, maar de hele regio inclusief
West-Brabant met Breda en Moerdijk. Het is een investering in onze toekomst.”
De aanwezige transporteurs en logistieke dienstverleners zijn positief over het initiatief. Volgens Jorn Versteijnen kan Logistics City ervoor zorgen dat de starre
omgeving waarin transporteurs opereren flexibeler wordt. “Deze samenwerking kan echt zaken van de grond krijgen”, zegt hij. Maar hoe zit het met transporteurs en logistiek dienstverleners die niet meedoen aan Logistics City, laten zij een kans liggen? Volgens Bas Holland valt dat erg mee. Met Logistics City willen we een langdurig proces van logistieke innovatie op gang brengen, het project Logistics City duurt drie jaar maar zal zeker niet het einde zijn van het proces. “En zoals bij alle samenwerkingsverbanden zijn er koplopers en volgers. In deze fase richten we ons op de bedrijven die voorop willen lopen. En als we straks een aantal successen boeken, gaan de volgers vanzelf meedoen.” De financiering speelt ook een rol, gespreksleider Kees Rennen wil graag weten hoe deze in elkaar steekt. “Naast bovengenoemde subsidies brengen de deelnemende bedrijven en projectpartners 900 duizend euro in”, verklaart Bas Holland.
Veiligheid
Veiligheid is een belangrijke kwestie in de transport en logistiek. Chris Cooijmans
stelt dat er vanuit bedrijven veel gedaan wordt aan veiligheid, onder andere met
behulp van certificeringen zoals AEO (Authorised Economic Operator), maar
dat er vanuit de overheid, bijvoorbeeld op het gebied van de douane nog te weinig
gedaan wordt dit te stimuleren. “Maken wij al gebruik van de secure lanes, de
veilige zones waardoor je goederen veilig en zonder opstoppingen over de hele wereld kunt vervoeren? Die faciliteiten zijn er nog onvoldoende”, zegt hij. Green lanes zijn volgens Bas Holland ook een mooi voorbeeld van innovatieve samenwerking in de regio. Hij zegt: “Met het project Safefficient, één van de voorloperprojecten van Logistics City, kunnen we Brabant op de kaart zetten
als een veilige regio. Met elf pilots en een kleine twintig bedrijven bouwen we aan
green lanes. Onder andere Mars in Veghel en Döhler in Oosterhout zijn bereid met
de bedrijven in hun keten een green lane te vormen.” Dit is een mooi voorbeeld van een samenwerking waarin kennis gebundeld wordt en de hele regio Brabant als veilig bekend kan komen te staan.
Bewaakt overnachten
Chauffeurs mogen een vastgesteld aantal uur per dag rijden en overnachten dus regelmatig in hun truck. Ladingdieven slaan ‘s nachts hun slag op de niet-beveiligde parkeerterreinen langs snelwegen. Op industrieterreinen staan de geparkeerde wagens wellicht iets veiliger, maar vaak ook enorm in de weg wat de veiligheid daar niet ten goede komt. De oplossing? Een omheind en beveiligd terrein dat 24 uur per dag bewaakt wordt en waar iedere bezoeker zich moet registreren. Maar wie moet en kan dit terrein betalen? Ondernemers wijzen vaak naar de overheid, het zou een overheidstaak zijn om voor veilige parkeergelegenheid te zorgen. Erik de Ridder vertelt: “Als gemeente nemen wij
de exploitatie(last) niet voor onze rekening. Dat vind ik niet onze taak, maar als er een particulier initiatief voor een truckcenter wordt opgestart zullen wij kijken hoe we dit mogelijk kunnen maken c.q. faciliteren.” Het rendabel maken blijkt ook erg moeilijk. Toch komt het zo gewenste terrein er op Haven VII in Waalwijk. Gebiedsontwikkelaar Roozen van Hoppe zet met de aanleg ervan haar eerste schreden in de transportbranche. Arthur Smits: “De aanleg van het terrein kost een kleine 4 miljoen euro.” Ter vergelijking: jaarlijks wordt er in Nederland voor 400 miljoen euro gestolen uit vrachtwagens. Smits: “Het is een puur particulier initiatief dat rendabel wordt door ondermeer de toevoeging van een aantal facilitaire zaken aan de parkeerplaats waaronder als belangrijkste financiële pijler de vestiging van een brandstofverkooppunt.” Hij verwacht dat bedrijven die kostbare producten, zoals elektronica, laten vervoeren zeker bereid zijn tegen betaling hun chauffeurs op het terrein te laten overnachten. Dit vrachtwagenparkeerterrein moet deel gaan uitmaken van een beveiligde route (secure lane) die zal gaan lopen van Venlo over Eindhoven richting Moerdijk naar Rotterdam. Rob Swaans: “Dit is een zone die door transporteurs gezien wordt als een van de onveiligste van Europa.” Jorn Versteijnen verwacht dat het truckcenter bedrijven naar de regio zal trekken.
Toiletpapier en I-phones
Iedereen ziet de voordelen van het bewaakte truckparkeerterrein, maar de vraag wie op gaat draaien voor de extra kosten, moet ook beantwoord worden. Is dat de transporteur, omdat zolang de goederen in zijn beheer zijn, ze zijn verantwoordelijkheid zijn? Chris Cooijmans: “Je zult een onderscheid krijgen tussen bedrijven die zich gaan specialiseren, investeren in veiligheid en gebruik gaan maken van de veilige routes en anderen die aan de low cost kant blijven
zoals met het vervoer van toiletpapier.” Volgens Theo van Venrooij ligt dat genuanceerder, hij zegt: “Iedere transporteur hier aan tafel heeft een aantal hoogwaardige klanten, maar die laagwaardige producten zoals toiletpapier hebben we ook nodig om de wagens te kunnen vullen en het rendabel te kunnen houden. We kunnen onze B- en C-klanten niet laten betalen voor de mate van veiligheid die onze A-klanten voor bijvoorbeeld I-phones nodig hebben.” Hij waarschuwt dat vervoerders zich niet uit de markt van goedkope producten moeten prijzen. De vraag blijft de gemoederen flink bezig houden. Rob Swaans: “De verlader
van de hoogwaardige producten zal dus moeten betalen terwijl de laagwaardige
producten meeprofiteren. En als de exploitatie van het terrein op Haven VII niet
volledig rond komt, wie draagt dan het verlies? Is er dwang van de verlader naar
zijn vervoerder en leveranciers zo dat ze er moeten gaan parkeren?” “ Ja”, reageert Arthur Smits, “zij zullen dat afdwingen.” Bovendien verwacht Jorn Versteijnen dat leegstaande wagens er echt niet zullen gaan staan. “En dat geldt ook voor auto’s met enkel laagwaardige producten”, zegt hij. Leo Nolen: “Een chauffeur die moet betalen, komt niet. Die gaat wel op de straat
staan. Wij hebben dit gezien met een parkeerplaats die wij beveiligden voor Oost-
Europese chauffeurs die al in het weekend kwamen, als ze op maandag moesten laden. Zij verdienen zo weinig dat ze zelfs geen paar euro’s over hebben voor een veilige parkeerplek.” De toekomst zal uit moeten wijzen hoe succesvol het beveiligd parkeren in Waalwijk zal worden en wat de betekenis voor de regio zal zijn. Volgend jaar, in een nieuw BOB Debat over Transport & Logistiek, wordt er vast over verder gepraat.