Coert van Caem (52) ging als vierde generatie op zijn twaalfde aan de slag in het bedrijf van zijn vader en oom. ‘Ik begon met wagens wassen en vloeren vegen. De drang om Van Caem Transporten ooit over te nemen zat er toen al in. Eind 2017 hebben mijn broer Jurgen, neef Cees-Jan en ik het bedrijf verkocht.’
Pleasen
‘Ik was 33 toen we met zijn drieën het bedrijf overnamen. We vormden een hecht team met als belangrijkste afspraak: samen uit, samen thuis. We hebben altijd positief gedraaid en het bedrijf groeide van 30 naar 60 vrachtwagens met 110 medewerkers. Een jaar of vijf geleden kwam het besef dat we een te plat bedrijf hadden. Ik stond als directeur boven de organisatie, maar de twee andere eigenaren waren altijd op de werkvloer bezig. We deden waar we goed in waren, hadden plezier en zorgden goed voor ons personeel en klanten. We hadden weinig woorden en geschreven regels nodig om medewerkers mee te krijgen. Toen het wettelijk verplicht werd om bijvoorbeeld handboeken voor chauffeurs te hebben, maakten we daar een begin mee. Maar we bleven vooral bezig met het pleasen van onze klanten. Ook worstelden we met het verschuiven van de pensioenleeftijd; het gezond houden van medewerkers in onze zware beroepstak bleek lastig.’
Warm en goed
‘Mijn vader en oom overleden jong, ze waren 56 en 57 jaar oud. Toen Jurgen gezondheidsproblemen kreeg, besloten we uit te gaan kijken naar opvolging. De kinderen van mijn neef waren te jong en die van mij en mijn broer wilden de zaak niet overnemen. Ik vroeg onze grootste klant of hij een transportbedrijf zou willen kopen. Hij zei ‘nee’, maar gaf aan een vriend te hebben die wel interesse had. Het eerste contact met deze ondernemer was warm en goed en al snel was de verkoop rond.’
Teleurgesteld
‘Onder de nieuwe directeur/eigenaar zijn Cees-Jan en ik nog 1,5 jaar doorgegaan terwijl mijn broer de tijd nam om te herstellen. Na jarenlang kartrekker en -duwer te zijn geweest, beviel het me als commercieel directeur uitstekend om me niet meer te hoeven bemoeien met visie en personeel. Maar oud-medewerkers kwamen nog wel naar me toe en vonden het lastig als ik ze doorverwees. Wat ik niet verwacht had, was dat de uitspraak ‘nieuwe heren, nieuwe wetten’ bleek te kloppen als een bus. We hebben er alles aan gedaan het zo goed mogelijk te regelen voor ons personeel. We herkenden onze waarden in de ondernemer die ons bedrijf kocht. We regelden dat alle contracten voor bepaalde tijd werden omgezet in onbepaalde tijd. Toch was een deel van onze mensen teleurgesteld. Dat zorgde bij mij voor een gevoel van: we hebben toch altijd goed voor hen gezorgd. Het deed wel pijn dat sommigen ons de verkoop verweten. Als ik hen tegenkom in het dorp, zwaaien ze niet meer naar me. Collega-ondernemers zeggen dat we een goede beslissing genomen hebben, die steun is fijn. En we zijn nog steeds trots. Als we een vrachtwagen met Van Caem Transporten erop zien rijden, voelen we de geschiedenis van het bedrijf.’
Zelf kiezen wat ik doe
‘Nadat ik stopte als commercieel directeur ben ik vijf maanden vrij geweest. Ik heb mooie landen bezocht en mijn droomauto gekocht. Vanwege een concurrentiebeding mag ik niet werken voor transportbedrijven die distributievervoer doen binnen de Benelux. Sinds een paar maanden ben ik drie dagen per week als zzp’er aan de slag. Ik verkoop een logistieke app. Ik vind het prettig om zelf te kunnen kiezen wat ik doe. Er mag binnenkort best een klus voor een dag per week bij. En ik steek nu bijvoorbeeld meer tijd in voetbalvereniging SV Capelle waarvan ik al tien jaar voorzitter ben.’
Tips
• Doe niets overhaast.
• Schakel een adviseur van buiten in.
• Bereid je voor op negatieve reacties van je personeel.
Tekst: Sara Terburg
Fotografie: Kees Bennema