In de hal pronkt een grote koebel. Geschonken ter ere van het veertigjarig bestaan van het bedrijf. En in Martins kantoor laat een prachtige klok zich elk kwartier horen. De koebel en de klok verwijzen naar de Zwitserse oorsprong van Colasit (1944). In 1959 kwam er een dochterbedrijf in Den Bosch. Sinds 1995 is de Colasit Holding in handen van de familie Couvée. Vandaag zijn er vestigingen in Nederland, Zwitserland, Zweden, Duitsland, Singapore en India.
Complete verrassing
‘Na 35 jaar loondienst nam mijn vader het bedrijf over van de Zwitserse eigenaren. Dat was een complete verrassing voor ons’, stelt zoon Martin. ‘Hij vertelde het droogweg tijdens een kerstdiner. Twee jaar later vroeg hij ‘wanneer ik dan kwam?’. Ik wist niet goed wat hij daarmee bedoelde. Op dat moment zat ik immers in een heel andere branche. Ik was bezig met een carrière in de financiële dienstverlening. Maar het was duidelijk dat hij het bedrijf in de familie wilde houden. Ik antwoordde dat ik wilde komen, maar dat er twee voorwaarden aan verbonden waren: ik moest het leuk vinden en het kunnen. En ik wilde geen twee kapiteins op het schip.’ En zo gebeurde het ook. Martin kwam in 1998 naar Colasit, vond het leuk, zag dat hij het kon en nam in 2001 het stokje over van zijn vader.
Beter leven
‘Het mooie aan een fysiek product is de duidelijkheid’, zegt Martin enthousiast. ‘Het werkt of het werkt niet. Het lastige van een technisch product als het onze is dat je het eerst moet zien om een indruk te krijgen’, voegt hij eraan toe. Hij wijst naar een grote foto aan de muur om te verduidelijken wat het portfolio van Colasit zoal inhoudt. ‘We maken kunststof producten die in twee categorieën onder te brengen zijn: luchttechnische en vloeistoftechnische installaties. Onze klanten zijn waterzuiveringsmaatschappijen, procesindustrie, voedingsmiddelenindustrie, ziekenhuizen, laboratoria en universiteiten. Stellen dat onze producten het leven beter maken, is misschien wat kort door de bocht. Maar onze ventilatoren, filters, gaswassers, geluiddempers en doseerinstallaties dragen zeker bij aan een beter leefmilieu.’
Het geheel
‘Bijna uniek in de branche is dat we alles in eigen huis doen. Ik geloof in het concept. Vind het belangrijk om het geheel te kunnen bieden. We praten met de klant, denken met hem mee, zetten onze eigen techniek in om de juiste installatie voor hem te ontwikkelen en gaan vervolgens zelf de installatie op locatie bouwen. Ook het stukje nazorg nemen we op ons. We willen de klant volledig ontlasten. En ook de klant wil graag één partij die alles op zich neemt.’
Handwerk
Alles in eigen huis doen, impliceert echter dat je voor elk onderdeel van het proces eigen vakmensen moet hebben. Hoe haal je in een krimpend aanbod goede mensen binnen? En hoe houd je ze vast? ‘Ik denk dat vooral de afwisseling die we bieden, ons tot een aantrekkelijke werkgever maakt. Geen dag is hetzelfde. Elke installatie is weer anders. We bieden bovendien maatwerk met een ambachtelijk tintje. Elke installatie wordt zoveel mogelijk machinaal gemaakt. Maar er blijft altijd een stuk handwerk over. De medewerker aan de werkbank maakt dus het eindproduct. En dat maakt het boeiend.’
Grote vijver
‘Met de onderlinge concurrentie in de branche valt het mee’, zegt Martin. ‘Op dit moment is de vijver voldoende groot. Bovendien hebben we allemaal onze eigen markten. Onze eigen disciplines. Waar we echter gezamenlijk - als branche - aan moeten werken, is de promotie van kunststof. Kunststof wordt nog te weinig gezien als een goed alternatief voor staal. Op het vlak van opleidingen gaat er te weinig aandacht naar uit. Het is een feit dat scholen nog steeds traditioneel in staal denken.’
Overtuigen
‘Toen ik in 2010 voorzitter werd van de branchevereniging, heb ik een tweeledige doelstelling vooropgesteld. Primaire doel was de bedrijven die bij ons aangesloten zijn op een bepaald technisch niveau te krijgen, zodat klanten de kwaliteit krijgen die ze verwachten. Nu de branche gegroeid is, is het zaak kunststof verder onder de aandacht te brengen. En bedrijven te overtuigen van de extra waarde die het heeft. Dat doe je met cijfermatige gegevens en simulaties.’ Wat zijn eigen bedrijf betreft, wil hij vooral zorgen voor continuïteit. ‘En natuurlijk moet er ook rendement zijn. Anders kun je niet investeren in de toekomst. Verder denk ik dat de wet- en regelgeving in ons voordeel werkt. Ik denk bijvoorbeeld aan de hogere emissie-eisen. Kortom, een hoogwaardige samenleving leidt tot meer kunststof’, besluit Martin.
Tekst: Gerda Baeyens
Fotografie: Marloes Kemps