Féju ICT Groep: Ge moet dansen als de muziek speelt

‘Eén van mijn trouwste klanten gaf mij een advies dat ik ter harte heb genomen: ‘Appie, ge moet dansen als de muziek speelt’. Hij bedoelde daarmee dat je je kansen moet grijpen als het moment daar is.’


Uitgave: Mei-Juni 2019
Thema’s: Ondernemen Opslag Bedrijfshuisvesting Bedrijfsrisico Bedrijvenpark Bouw ICT ICT & Telecommunicatie ICT-ondersteuning IT IT-netwerken IT-infrastructuur

Appie (53) heet officieel Albert-Jan Jakobsen en startte vijftien jaar geleden zijn bedrijf Féju, eerst alleen automatisering, later ook telecommunicatie. ‘Het waren jaren met zowel een lach als een traan. Gelukkig kun je van beide leren.’ Hij startte op zolder, waar hij zat te werken tussen de wasmachine en de droger, met een Golden Retriever aan zijn voeten en een dochtertje op schoot. ‘Toen nog samen met mijn compagnon, Dennes Meeusen. Op 30 april 2004 hieven we het glas op ons nieuwe bedrijf, genoemd naar mijn dochters Féline en Juliëtte, en de trein begon à la minute in volle vaart te rijden. We kregen meteen grote klanten, moesten daardoor al in het najaar naar een kantoorpand verhuizen en qua liquiditeit liepen we binnen no time vast. De grote orders konden we niet voorfinancieren en in die tijd wilde niemand op rekening aan ons verkopen; we waren starters en het imago van onze branche had kort daarvoor wat deukjes opgelopen. Gelukkig hielp een bevriende relatie ons vooruit.’

Worstenbroodjes
Het terrein in Udenhout waar Féju inmiddels al jaren gevestigd is, was nog een wei waar schapen en paarden graasden. ‘We lieten ons pand bouwen met het oog op uitbreiding en huurden het van eerder genoemde relatie, die in eerste instantie eigenaar was. Telefoontjes werden destijds opgenomen door een extern secretariaat; zelf waren we de meeste tijd op pad. Ik weet nog dat de verhuurder me op een dag belde met de mededeling dat er zes pallets met tachtig dozen hardware bezorgd waren. Ze stonden bij de voordeur en het dreigde te gaan regenen. Het kostte me een doos worstenbroodjes om hem over te halen de geleverde spullen naar binnen te sjouwen. We maakten met z’n allen lange dagen, soms zeven dagen per week. Mijn kinderen waren nog klein en in de zomer gingen we op vakantie naar een vakantiepark in Tuitjenhorn, waar ik in de voortent van onze oude caravan gewoon verderging met werken.’

Zwaar weer
Uiteindelijk kon Féju het pand kopen. ‘Het geld wat we verdienden investeerden we in het bedrijf en we groeiden als kool totdat de recessie kwam. Die hakte er flink in. Van het diepe dal waar ik toen inzat heb ik, zowel qua ondernemen als privé, veel geleerd. Wanneer je in het café vraagt wie er een biertje wil, staat iedereen om je heen. Als je in zwaar weer belandt, zie je pas wie oprecht is. Ik werd er wel inventief van, leerde kritisch om me heen kijken en om hulp vragen. We moesten helaas mensen laten gaan en met het overgebleven kleinere team zetten we alles op alles. Ik ging vaker sparren met mijn mensen en betrok hen meer bij de bedrijfsvoering. Dat doen we nu nog steeds; we houden zogenaamde kwartaalmeetings waarin de cijfers besproken worden en om ieders input gevraagd wordt. In de recessiejaren was ik een minder gezellig mens dan nu, ik dacht de hele tijd alleen maar aan de rode cijfers. Door ieders inzet werden die gelukkig weer zwart en ons team is inmiddels uitgebreid naar dertig collega’s. Afgelopen jaar hebben we met 31 procent geplust!’

Opborrelen
‘Dit jaar komt er een etage op het bestaande pand, de huisvesting is momenteel te klein voor onze activiteiten. De start van de bouw, die in vertrouwde handen is van HaWee Bouw en Hoppenbrouwers Techniek, valt praktisch samen met ons jubileum dat we groots gaan vieren.’ Binnenkort heeft Albert met het MT een heisessie. Het thema is ‘Hoe zie je de toekomst?’ Hoe ziet hij die voor zichzelf eigenlijk? Lachend: ‘Ik heb de afgelopen vijftien jaar negen overnames gedaan van kleine en grote bedrijven die nu onder de Féju vlag werken. Ik oog ontspannen maar ‘s nachts lig ik wel eens wakker van de ideeën die opborrelen. Altijd zijn er weer nieuwe kansen. Dat maakt het ondernemen leuk; ik wil in ieder geval nog lang niet stoppen.’

Tango-scène
Albert trakteert nog eens op een cappuccino en ik complimenteer hem met de sfeervolle, lichte presentatieruimte waarin het interview plaatsvindt. ‘Dit jaar hebben we het hier beneden laten verbouwen; dit is The Oak Room. Het meubilair is van eikenhout en op de deur zie je afbeeldingen uit de fi lm ‘Scent of a Woman’ met Al Pacino. De tango-scène in die film vind ik prachtig en speelt zich ook af in The Oak Room.’ Dansen als de muziek speelt komt hier dus weer terug? ‘Ja, en dat geldt ook voor mijn persoonlijke leven. Ik ben afgelopen jaar getrouwd met mijn lief Katinka. We werken allebei hard en zij - als ondernemersdochter - begrijpt als geen ander dat mijn werk soms extra tijd vereist. Daarnaast genieten we van het leven. Zowel van fi etsen door New York, als met een Kriekje en een schaal bitterballen op het strand van Zoutelande.’ 

Tekst: Henrike Brouwer
Fotografie: Kees Bennema

< Alle thema's