Iedereen kent wel die situatie van een klein stukje grond dat net buiten de perceelgrens tegen het tuintje van een particulier aan ligt. Vaak zijn dat stukjes niemandsland, althans zo lijkt dat. De eigendom van die strookjes ligt over het algemeen bij de gemeente, die ze braak laat liggen. Als vervolgens het onkruid maar hoog genoeg opschiet, wordt dat vanzelf een doorn in het oog van de burger met zijn knap aangelegde tuintje. En dan wil dat stukje gemeentegrond zonder kwade bedoelingen nog wel eens verenigd worden met de tuin, om gedurende jaren met liefde onderhouden te worden.
Maar als het spannend wordt in de financiën van die gemeente, gaat het bestuur op zoek naar creatieve middelen om de kas te spekken. In het recente verleden heeft een aantal gemeenten daarom geïnventariseerd of er kleine stukjes grond in gebruik genomen zijn door burgers, waar de gemeente dan een claim op legde als eigenaar. Enkele gemeenten waren nog wel bereid de grond te koop aan te bieden aan de gebruiker, maar vaak was dat oneigenlijk, omdat de grond al langer dan 10 jaar te goeder trouw in gebruik was. Als de gemeente in die tijd niets gedaan had, was de eigendom van die grond automatisch van de gemeente overgegaan naar de burger, maar dat weten veel particulieren niet. als die de grond alsnog kopen, betalen ze dus ten onrechte. Soms houdt een gemeente vol dat de eigendom pas na 30 jaar over gaat, maar dat is alleen bij bezit te kwader trouw, dus als de gebruiker wist dat de grond van de gemeente was. Een halve waarheid, waar al veel particulieren in zijn gestonken. Onlangs kwam een nieuw initiatief in het nieuws: adoptie van een stukje grond.
Alweer een halve waarheid, als de grond al eigendom van de gebruiker is. De gemeente biedt dan immers een gebruiksovereenkomst aan, waarmee erkend wordt dat de gemeente eigenaar is. Dan past een krachtige opstelling om de gemeente duidelijk te maken dat ze haar rechten al lang verspeeld heeft. De gebruiker moet daar dus niet in 'tuinen'.
Marc Heuvelmans. Partner Bogaerts & Groenen advocaten