De Rooi Pannen: Geen flauwekul

Op tijd op je werk komen, netjes afmelden bij ziekte, jezelf voorstellen, gepaste kleding dragen, op tijd vrij vragen. ‘Vanzelfsprekend, toch?’, hoor ik je denken. Nou nee, niet voor iedereen. Maar op De Rooi Pannen krijgen de leerlingen het in de praktijk bijgebracht, zodat ze met de juiste houding de echte werkvloer op gaan.


Uitgave: Sept-Okt 2017
Thema’s: Onderwijs Opleiding en coaching Opleidingen Overheid

Tijdens het interview met Tiny Pheninckx (60), voorzitter van het College van Bestuur van De Rooi Pannen, word ik teruggeworpen in de tijd. Als oud-leerling van de MDS (nu richting Handel), blijf ik altijd trots op deze school. Ik voel weer hoe ik als zestienjarige in de banken zat. Met een bij de leeftijd passende desinteresse. Mezelf afzettend tegen de regels en structuur. Zo nonchalant mogelijk achter de opruimkar sjokkend door de aula, de rotzooi van medeleerlingen opruimend. De straf die toen gold voor te laat komen. Ik zat tussen mijn ouders in bij de gesprekken met mijn mentor, die mij streng (doch rechtvaardig weet ik achteraf) bij de les hield. Ik zat op de achterbank bij mijn ouders op weg naar huis, waar ik wederom streng werd aangesproken. De preek van mijn mentor werd dunnetjes herhaald. Stom! Vond ik toen.

Nooit een nummer
Nu weet ik wel beter. Als middelbare scholier had ik de structuur, het toezicht en de kleinschaligheid van mijn school hard nodig. Leraren kenden me persoonlijk, mijn ouders werden uitgenodigd voor gesprekken, ook na mijn achttiende verjaardag. Ik heb me nooit een nummer gevoeld. Ik voelde de saamhorigheid in het gebouw, de eigenheid van de studierichting. Het eigenwijze van De Rooi Pannen. En die waarden zijn nooit veranderd. Het was er in mijn tijd, maar ook ver daarvoor en ver daarna. De Rooi Pannen bestaat in oktober vijftig jaar. Tiny Pheninckx: ‘En al die tijd zijn we gebleven wie we waren, altijd. In essentie is er weinig veranderd. We doen wat goed is voor de leerling en blijven trouw aan waar wij in geloven. Kleinschaligheid, structuur, goede oudercontacten, gedegenheid, geen flauwekul.’

Fouten maken
Dat betekent niet dat De Rooi Pannen stil staat. Integendeel. De school leidt leerlingen op voor de praktijk, ín de praktijk. Tiny: ‘Door de jaren heen hebben we vastgehouden aan drie belangrijke punten. We zijn kleinschalig, ondanks de 8500 leerlingen die we hebben. Elke richting heeft bijvoorbeeld zijn eigen gebouw, met een eigen aula. En docenten die aan die afdeling verbonden zijn. Elke richting geeft daar zelf invulling aan. Je merkt de verschillen als je binnenloopt bij bijvoorbeeld Horeca of Vormgeving. Verder doen we er alles aan om leerlingen te laten leren in de praktijk. Een diploma gaat niet alleen om het leren van de theorie. In ons eigen winkelcentrum en met onze eigen hotels onderwijzen we. Dáár leren ze omgaan met mensen, op tijd te komen, moeilijke gesprekken te voeren. In die beschermde omgeving mogen ze fouten maken. En zo proberen we eruit te halen wat erin zit, bij iedereen. Wij kennen onze leerlingen goed, dat is nodig voor een goede begeleiding. En daar betrekken we nadrukkelijk de ouders ook bij.’

Onderwijsman
‘Wij zijn eigenlijk ondernemers, maar we ondernemen niet om geld te verdienen, wij ondernemen om op te leiden. Wij exploiteren zelf ons winkelcentrum, wij bouwen zelf hotels. Daarin zijn we uniek. Omdat we het zelf doen en daarin niet samenwerken met commerciële partijen, hebben wij de ruimte om minder effi ciënt te werken. Daardoor krijgen de leerlingen meer kans om te kunnen leren. We zoeken altijd de ruimte op binnen de wet- en regelgeving als dat de leerlingen ten goede komt. Zo hoef je ouders van leerlingen boven de achttien niet meer te betrekken bij school. Maar wij doen dat nadrukkelijk wel. En als ouders dat niet willen, kunnen ze dat aangeven. Ik moet de eerste ouder nog tegenkomen die niet betrokken wil worden. Tijdens onze directievergaderingen gaan discussies altijd over de leerling en wat hij kan. Niet over ‘als we dat of dat doen, houden we geld over’, ik ben een echte onderwijsman, net als de andere directieleden trouwens. We hebben allemaal voor de klas gestaan en weten dus waar we over praten.’ 

Rooi Pannen-petje
Tiny komt overal oud-leerlingen tegen. ‘Zelfs op vakantie. Zit ik op een terras met mijn Rooi Pannen-petje op en word ik aangesproken. Dat vind ik leuk, mooi om te zien dat oud-leerlingen trots zijn op hun opleiding. We hebben ook een Business Club opgericht. Meerdere keren per jaar komen we samen, met inhoudelijke programma’s. De directie is ook lid. Het is voor ons belangrijk om bij de praktijk aangehaakt te blijven. Om te horen hoe we onze leerlingen nóg beter kunnen opleiden en laten aansluiten op de praktijk. Daarom zijn we ook altijd op zoek naar mensen die in onze klankbordgroep zitting willen nemen. Als je interesse hebt, mag je altijd mailen.’

Tekst: Jenneke de Roij
Fotografie: Kees Bennema

< Alle thema's