Van Gerwen Installaties: Eerst een beetje vrijen

Wanneer je bij Van Gerwen Installaties binnenkomt, wordt je blik getrokken naar wandpanelen waarop natuurkundigen afgebeeld staan. Daartussen hangt ook één nog levende bolleboos: personeelslid John T.H. Steijger.


Uitgave: Sept-Okt 2017
Thema’s: Installatiebedrijf Familiebedrijf Automatisering Bouw Elektrotechniek

‘Een grapje. Maar hij is daadwerkelijk een genie op zijn vakgebied en heeft als hobby Robotica.’ Ferry Bijdevier (38), Maarten Graat (45) en Rob de Kok (55), alle drie directeur/eigenaar bij Van Gerwen, houden wel van een geintje. In de gang is hun meterkast niet verstopt, maar in volle glorie te zien achter glazen deuren. Dat is niet voor niets. ‘Wij eren ons vak met de slogan ‘invisible power’.’

Invisible power
Rob: ‘Ons vak wordt ondergewaardeerd, omdat je de installaties vaak niet ziet. Het zit in muren, onder vloeren en achter plafonds. Je voelt het belang ervan pas wanneer iets kapot gaat. Of wanneer de installatie niet op gebruikerswensen is afgestemd. Daarom werken we ook niet met goedkope meuk maar met degelijke producten, en denken we graag in een vroeg stadium mee.’

In zijn eentje
Het bedrijf bestaat al sinds 1907 en ging drie generaties in de familie Van Gerwen over van vader op zoon, totdat Robs vader er techneut werd. Hij werkte zich op tot tekenaar en werd eind jaren ’80 uiteindelijk directeur/eigenaar. Toen hij er in 1992 mee ging stoppen, werd Rob in het diepe gegooid. ‘Ik werkte in de automatisering als applicatiespecialist. Ik werd dus niet gehinderd door enige kennis.’ De overgang van vader De Kok op zoon ging goed en Rob hield de onderneming 22 jaar in zijn eentje draaiende.

Knoop in mijn maag
‘Van de crisis die in 2008 begon, hadden we in eerste instantie niet veel last door de langlopende utiliteitscontracten. Maar in 2011 begonnen we het echt te merken en nog twee jaar later zaten we op een dieptepunt. Het ging in de hele bouwwereld slecht’, aldus Rob. ‘Er vond een reorganisatie plaats, waarbij ik met een knoop in mijn maag mensen moest ontslaan. Daardoor werd het pand te groot, er was ruimte over.’ Rob kreeg contact met Fematech, het elektrotechnisch bedrijf van Ferry en Maarten. ‘Wij hadden veel werk, maar weinig personeel’, vertelt Maarten. ‘We waren zelf nog hands on.’

Concurrent in huis
Rob: ‘Ze huurden kantoor- en opslagruimte en eigenlijk haalde ik dus een concurrent in huis.’ De heren begrepen dat een kruisbestuiving plaats kon vinden. Rob leende monteurs uit en op grote projecten, met aanbestedingseisen waar Fematech alleen niet genoeg capaciteit voor had, schreven ze samen in. Maarten: ‘In eerste instantie kwamen wij hier alleen op kantoor om te calculeren en te factureren. We werkten ons te barsten. We hadden al wel in ons achterhoofd te gaan fuseren.’ Lachend: ‘Maar je moet eerst een beetje vrijen voordat je gaat trouwen.’ Ferry: ‘We erkenden elkaars specialismen, gingen samen calculeren en samen delen. In het begin factureerden we naar elkaar, maar het voelde zo goed dat we de samenwerking intensiveerden. Op 1 januari 2015 hebben we onze bedrijven in een nieuwe entiteit gekieperd en zijn Maarten en ik mede-eigenaar geworden van Van Gerwen Installaties.’

Normbesef
Door de komst van Ferry en Maarten zijn er disciplines toegevoegd aan het interne bestand van Van Gerwen Installaties. Maarten: ‘Onze kennis op het gebied van inspecties en domotica biedt een voordeel. We hoeven het niet apart in te kopen en zijn in die zin dus onafhankelijker.’ Rob legt uit dat het normbesef van zijn compagnons leidend was bij de beslissing tot samenwerking. ‘Degelijkheid is belangrijk. Vaak wordt bij renovatie de hele installatie gestript om een volledig nieuwe oplossing te creëren. Functioneler en kwalitatief hoogstaander, waardoor er veel minder storingen optreden, de installatie langer meegaat en voldoet aan alle wensen. Dat is moeilijk meetbaar. Gelukkig bewijst de positieve feedback van klanten, die na periodieke inspecties opvallend minder herstelpunten ervaren, ons vakmanschap. Zoals onlangs nog van de Diamant-groep.’

Papieren agenda
‘Het verschil tussen onze bedrijven was dat Ferry en ik meer aan de vakkennis en verantwoordelijkheid van monteurs overlieten. Rob zijn bedrijf was wat traditioneler, hij was gewend alles tot in detail voor te bereiden. Bovendien werkten wij al meer digitaal dan Rob, die nog steeds een papieren agenda heeft’, aldus Maarten. ‘Onze overeenkomst was flexibiliteit en gaan voor kwaliteitsproducten. We hebben een mooie mix gemaakt, waardoor we nu meer capaciteit hebben voor een scherpere prijs.’ Rob vertelt dat er weinig tamtam werd gemaakt. ‘De fusie is vrij geruisloos gegaan. We zijn geen schreeuwers.

< Alle thema's