Ze zitten er alweer dik een jaar, in het nieuwe bedrijfspand in Tilburg. Van een paar verschillende locaties naar een aantal flinke hallen op één adres. Verhuizen was een spannende stap, maar directeur Koert van de Kerkhof is blij dat hij het heeft gedaan.

Koert: ‘De komende jaren zitten we hier zeker goed. Toen ik zestien jaar geleden begon met Kopak, wist ik niet dat ik nu 70 mensen in dienst zou hebben. Ik weet niet waar ik over tien jaar sta, de veranderingen gaan razendsnel, maar ik wil in ieder geval blijven groeien. Het grootste struikelblok daarvoor is nu het vinden van geschikt personeel. We zijn deels een productiebedrijf en het valt niet mee om voldoende en goed personeel te vinden.’

Respons
Een productiebedrijf? Maar jullie verzorgen toch direct mail? ‘Dat klopt, dat doen we zeker. Maar we doen veel meer dan dat. Ik kan ook niet in één korte zin onze diverse dienstverlening uitleggen. We zijn wat dat betreft een uniek bedrijf in Nederland. Onze slogan is ‘We take care of business’ en dat slaat op al onze werkzaamheden. Neem direct mail, we versturen niet alleen gepersonaliseerde stukken, maar we meten ook de respons en beheren data. Als je kijkt naar onze fulfilment-tak: we houden producten op voorraad voor bijvoorbeeld webshops of na een direct mailactie. En die versturen we naar de juiste adressen, snel, goed, op afroep en tegen goede prijzen. Daarnaast zijn we ook een printspecialist, we kunnen op alle materialen en alle afmetingen fullcolour printen. Maar we verzorgen ook de opmaak met onze eigen DTP-studio.’

Verantwoordelijk
‘Ik geloof in de kracht van on- én offline samen. Die twee versterken elkaar enorm als je het goed aanpakt. Automatisering is belangrijk voor onze klanten. En daar denken we in mee, op strategisch en op uitvoerend niveau. Ik ben een ondernemer in hart en nieren en zie overal nieuwe kansen. Als ik te lang hetzelfde doe, ga ik weer op zoek naar nieuwe kansen. Dat is fijn, maar ook weleens lastig. Want hoe je het ook wendt of keert, ik ben uiteindelijk verantwoordelijk voor alles.’

Tekst: Jenneke de Roij
Fotografie: Linn de Kort