‘Voor ons bedrijf is led intussen al gewoon’, opent Jos het gesprek. ‘Led bleek zó zuinig dat je ook zaken kunt verlichten die normaal niet verlicht worden, zoals brugleuningen en fietsbruggen. Led kreeg steeds meer een decoratieve waarde. Deze energiezuinige oplossing, zo zien we, brengt mensen nog meer verlichting dan voorheen. Bestond straatverlichting eerst uit pakweg 50 watt, met led is dat 12 watt geworden. Spectaculair toch?
Wildgroei
‘Voor de zakelijke markt is led misschien al gewoon, maar voor de gemiddelde huishoudens een ware revolutie’, reageert Ronald Bakker, wethouder van Economische Zaken en Werkgelegenheid van de gemeente Waalwijk. ‘Maar het klopt, led is een heel ander ding dan de ouderwetse gloeilamp. Je kunt licht maken in alle kleuren en intensiteiten met een fractie van de energie die je vroeger nodig had. Als je stilstaat bij de 24-uurseconomie en de hoeveelheid energie die we stoppen in het verlichten van de aarde als de zon niet schijnt. Daar kun je de wereld mee verbeteren!’ Jos legt uit: ‘Led nam een enorme vlucht en iedereen kon het maar leveren. Je ziet gelukkig steeds meer stabilisatie in de uitvoering komen. Dat voorkomt wildgroei. Anders krijg je te veel uitvoeringen die niet bij elkaar passen.’
Baanbrekers
Hun gesprek wordt inhoudelijk steeds technischer. Ronald is altijd extreem geboeid geweest door alles wat met elektronica te maken heeft, vooral door zendtechniek. Hij is nog steeds radio-zendamateur. Ook domotica vindt hij super interessant. Jos op zijn beurt levert armaturen en lampen voor provinciale- en lokale wegen, woonstraten, fietspaden, pleinen, bedrijfshallen, kantoren en industrieterreinen. Hij heeft voornamelijk bedrijven, corporaties en overheden als opdrachtgevers. De heren kennen elkaar van Baanbrekers, de werkvoorziening en sociale dienst voor de gemeenten Waalwijk, Loon op Zand en Heusden die als opdracht heeft mensen met een beperking zoveel mogelijk in het reguliere bedrijfsleven onder te brengen. ‘We stelden vorig jaar onze deuren voor hen open toen we er een pand bijkregen’, zegt Jos. ‘Nu werken er dertien mensen van Baanbrekers bij ons. Dat gaat heel goed.’
Klaslokaal
Maar dat is niet de enige link tussen Waalwijk en het bedrijf dat sinds 1946 al lichtoplossingen produceert en distribueert. Toen Jos in 1998 bij Lightronics ging werken, zat het overigens nog op de Prof. Lorentzweg. ‘We gaan al een poos samen mee. Waalwijk is blij met onze straat- en terreinverlichting en omgekeerd zijn wij blij met de gemeente’, zegt een trotse Jos die sinds 2008 directeur is. ‘Intussen zijn onze armaturen overal in Waalwijk te vinden zoals in diverse flatgebouwen, op straat en in onderdoorgangen.’ En natuurlijk op de Spuiweg zelf waar het bedrijf haar lichtproducten naar hartenlust uit mag testen. In het pand van Lightronics bevindt zich een Experience Center waarin lichtoplossingen worden getoond. Het ene moment waan je je in een parkeergarage, even later begeef je je in een tunnel, park, klaslokaal of bij een stationnetje.
Pukkel
Praten over techniek is praten over de toekomst. Ronald Bakker introduceert Smart City, een kersvers project dat hij namens de gemeente Waalwijk mag uitvoeren. In dit project is ruimte voor innovatie in het openbaar gebied. ‘Denk bijvoorbeeld aan infoschermen’, licht hij bevlogen toe. ‘Straatarmaturen in de stad geven nu alleen licht, maar kunnen ook voor hele andere doeleinden gebruikt worden. Je kunt er sensoren in stoppen die ons iets kunnen vertellen of ons waarschuwen voor geluid of stoffen in de lucht.’ Jos luistert aandachtig en denkt enthousiast mee. ‘Zie je buiten die pukkel bovenop die lantaarnpaal? Dat is een sensor die door een soort stopcontact op het armatuur verbonden zit. Die sensor kan van alles zijn. Iets wat geluid meet, of licht, of een rechtstreekse verbinding naar een computer waardoor je het licht kunt veranderen. Deze gedachten zijn al brainstormend de voorbereiding voor een Smart City. Voor nu dan, hè? Want over vijf jaar is de techniek weer verder.
Lantaarnpaal
De ontwikkelingen gaan inderdaad snel. Hing er vroeger 25 jaar lang hetzelfde schoolbord in de klas, tegenwoordig zijn het digitale beeldschermen die om de vijf jaar vervangen worden omdat de techniek weer nieuwe mogelijkheden biedt. Ronald: ‘Dat gaat in de toekomst ook gelden voor een lantaarnpaal. Vroeger zette je die ergens neer en draaide je er drie tot vijf jaar later een nieuwe lamp in. Dat waren ook de enige kosten op het vlak van straatverlichting. Maar als je straatverlichting gaat zien als drager van sensoren die het leven makkelijker maken, krijg je een heel ander verhaal.’ Jos: ‘De kunst is om straatverlichting te maken met behuizing en licht die 25 jaar meegaan en die je kunt updaten. Inclusief een sensor die weet hoe het armatuur werkt.’ Hier raken ze voorlopig nog lang niet over uitgepraat. De techniek blijft een wonder.
Tekst: Jeanette van Haasen
Fotografie: Kees Bennema