Brussels Airport had al eerder te maken met forse tegenslagen. In 2009 was er de financiële crisis, in 2012 verkeerde Brussels Airlines in zwaar weer en in 2016 was er de aanslag op de luchthaven. Léon maakte alles van dichtbij mee. Inmiddels is hij er als Nederlander veertien jaar in dienst. ‘Ik werd gevraagd om Brussels Airport meer commercieel te maken. We liggen tussen vier grote luchthavens in: Frankfurt, Parijs, Schiphol en Düsseldorf. Het is een uitdaging vliegmaatschappijen en passagiers aan je te binden. Voor passagiers zijn prijzen en reistijden leidend, maar een luchthaven moet wel in je set van alternatieven zitten. We vliegen op ruim tweehonderd bestemmingen in 86 landen. We bieden hetzelfde als Schiphol, alleen op kleinere schaal. Vanuit Brabant is Brussel even ver als Schiphol. Vanuit die gedachte gingen we de Nederlandse markt bewerken.’
Shirtsponsor
‘Na enige tijd werden we benaderd door Willem II. Er was direct een klik. Drie dingen vielen ons op. Het is een club met een bourgondische inslag. Twee: het is niet de grootste, maar wel de meest plezierige club. En drie: Willem II heeft een enorme business community. Zo kwam van het een het ander. De laatste twee jaar waren we shirtsponsor voor thuiswedstrijden. Dat contract hebben we in januari verlengd. Daarmee hebben we onze naamsbekendheid in de Nederlandse markt aanzienlijk vergroot.’
Voetbalfanaat
Léon vervolgt: ‘Ik ben nooit een echte voetbalfanaat geweest, maar Willem II is wel onder mijn huid gekropen. Ik check dagelijks het laatste nieuws. Niet alleen vanuit zakelijke belangstelling. Het mooiste moment? De 5-0 overwinning tegen PSV en de strafschoppen tegen AZ in de halve finale van de beker. Weet je, Willem II is geen Ajax of PSV, maar we doen wel mee in de subtop. Zo is het ook met Brussels Airport: subtopper in de ranking, maar topper in kwaliteit.'
Tekst: Raquel Mourik
Fotografie: Toin Damen