Tachtig jaar geleden was het de levendige habitat van vee en veehandelaren. Vandaag staat ‘1931’ echter voor het fonkelnieuwe, ultramoderne Bossche congrescentrum waar kennis en kunde de boventoon voeren.

Een paar mannen zijn bezig de deur te plaatsen, anderen hijsen rails met spotlights richting dak; het geurt naar verse verf. In de foyer van 1931 heerst een vrolijke drukte. 'Dat moet ook', zegt Jan van de Kooi, manager 1931, 'want morgenochtend vindt hier een congres plaats. Ik heb echter alle vertrouwen dat het er dan vlekkeloos bij ligt.' Inmiddels is ook Will Henst aangeschoven. Binnen Libéma is hij directeur Beurzen & Evenementen Regio Zuid en als zodanig is hij intensief betrokken geweest bij het hele verbouwingsproces. 'Als exploitant wil je er toch op toezien dat de bouw beantwoordt aan het vooropgestelde doel', zegt hij.

Prachtige metamorfose
'Het idee van een multifunctioneel en ultramodern congrescentrum ontstond in
2002 na de aanwijzing tot rijksmonument en nadat de Nederlandse veemarkten waren getroffen door de strengere veterinaire eisen als gevolg van de besmettelijke veeziekte MKZ (mond- en klauwzeer). Het leidde ertoe dat vee niet langer op veemarkten verhandeld mocht worden, met als gevolg dat de overdekte veemarkt aan de Oude Engelenseweg haar functie kwijtraakte. Als exploitant van de Brabanthallen (en incidentele gebruiker van de aangrenzende vijf veehallen), zag Libéma echter in de sluiting van de oude veehallen mogelijkheden om haar bestaande dienstenpakket op een professionele manier aan te vullen met een vergader- en congrescentrum. Waar de Brabanthallen vooral voor evenementen en beurzen worden benut, is het nieuwe pand voornamelijk voor congressen en vergaderingen bedoeld.' Het plan werd concreter en in 2009 werd begonnen met de verbouwing. Met de restauratie van de oude klokkentoren was de eerste belangrijke fase afgerond. Een maand later maakte wethouder Bert Pauli de nieuwe naam van het congrescentrum bekend en nog twee maanden later kende het pand een pre-opening met de BOB Borrel. 'Hoewel we daarvoor wel een stukje
bouwvloer moesten vrijmaken en wat tafels en stoelen moesten laten aanrukken. Gelukkig maakte Simone van der Heijden van Bili-NL het mooie gebaar om de ruimte wat aan te kleden zodat het toch nog gezellig werd', lacht Will, 'en zoals je ziet zitten we nu in de slotfase.'


Het beste van twee tijden
En het moet gezegd worden, het resultaat verdient alle lof. Dat vinden blijkbaar ook de congresgangers die de afgelopen maanden, tijdens het proefdraaien, in 1931 te gast waren. 'Wij zijn werkelijk blij verrast door de vele enthousiaste reacties en het animo dat we tot nu toe mochten ervaren', aldus manager Van de Kooi. 'Bezoekers zijn met name gecharmeerd van de mix van authenticiteit en modern comfort. 1931 combineert het beste van twee tijden: de bezielende, karakteristieke uitstraling van het pand en de faciliteiten van een innovatief vergader- en congrescentrum. Zo vind je in de Van Lanschotzaal op de eerste etage nog het oorspronkelijke meubilair van 1931 en dito verlichting en behang. Maar een etage lager word je getroffen door de enorme oppervlakte aan mogelijkheden zonder dat het kil oogt. De beschikbare ruimtes hebben beweegbare wanden wat een optimale flexibiliteit garandeert. Door deze flexibele opstelling kan bijvoorbeeld een plenaire bijeenkomst voor 1000 personen plaatsvinden in de grote ruimte waarna desgewenst het gezelschap opgesplitst kan worden. Alle ruimtes liggen op de begane grond binnen een straal van 100 meter, wat ook vrij uniek is. Onze gasten hoeven dus geen trappen of liften te nemen. En uiteraard zijn alle ruimtes voorzien van moderne technologische faciliteiten als LCD-schermen, draadloos internet enzovoort.'

Dexters & limousins
Als eerbetoon aan de oorspronkelijke functie van het gebouw dragen alle ruimtes
de naam van een koeiensoort. De kleine vergaderpaviljoens met flexibele wanden kregen de symbolische naam ‘Dexter’ (een kleine koeiensoort), de grotere congreszalen werden ‘Limousin’, de boardrooms op de eerste vloer staan genoteerd als ‘Lakenvelders’ en het restaurant werd tot ‘Galloway’ gedoopt. 'Enkel de Van Lanschotzaal past niet in het plaatje maar die ruimte is een eerbetoon aan de Bossche burgemeester die ijverde voor de overdekte veemarkt', licht Will Henst toe. 'De authentieke sfeer van het pand gecombineerd met de enorme flexibiliteit van de ruimte en de grote oppervlakte maken 1931 werkelijk tot een uniek vergader- en congrescentrum.'

Eerst proefdraaien dan feest
Na een aantal weken succesvol proefdraaien is het moment aangebroken om
ook de buitenwereld te laten kennismaken met het gloednieuwe congrescentrum. Op 26 november was de feestelijke opening. 'Een leuk en creatief gebeuren', vertelt Jan van de Kooi. 'Samen met onze partners, alle betrokkenen en onze relaties hebben we geproost op de toekomst van 1931. En gezien de reacties tot nu toe denk ik dat het Congrescentrum Brabanthallen een veelbelovende toekomst tegemoet gaat.'