Sinds enkele jaren wordt in oktober de Dutch Agri Food Week gehouden. Dit jaar was het zelfs meer dan een week, namelijk van 5 tot en met 16 oktober. De Dutch Agri Food Week is het grootste agrifoodpodium van Nederland en werd voor de vierde keer georganiseerd. Op allerlei manieren kon je kennismaken met de toekomst van ons voedsel,  voedselinnovatie en voedselproductie. Op ruim 1.000 locaties in het land werden presentaties, seminars en bijeenkomsten gehouden. Deze keer ging het niet alleen om het vraagstuk van hoe ziet voedsel er uit of hoe smaakt ons voedsel over tien jaar, maar ook over verbinding in de regio.

Eenvoudige keuze
Zelf mocht ik spreken op de Brightlands Campus Greenport Venlo. De eerste vraag die bij je opkomt als je gevraagd wordt, is: wat is mijn hoofdthema? Hoe kan ik onderscheidend zijn ten opzichte van anderen? Voor mij was de keuze eenvoudig. Ik ben gaan spreken over het verbinden van mensen, het verbinden van ondernemers en het verbinden van regio’s.

Eigen promotie
Meer en meer constateer ik dat regio’s kiezen voor hun eigen promotie. Centraal thema was dan ook het verbinden van ondernemers in de regio’s Noord- en Zuid-Brabant met de  regio Noord-Limburg. Om in de termen van de Dutch Agri Food Week te blijven: het verbinden van AgriFood Capital met Brainport en Greenport Venlo. Fantastisch om alleen maar positieve reacties te krijgen nadat ik mijn verhaal had gehouden. Nu maar hopen dat de aanwezigen er ook invulling aan willen geven.

Verbinden
Achteraf stelde ik me de vraag hoe het nu komt dat mensen positief reageerden? Willen ze erbij horen? Willen ze samenwerken? En waarom is het een vraag? Eigenlijk is het waar het echt om gaat in het leven: het verbinden van mensen, bedrijven en regio’s. Als overnamespecialist doe ik eigenlijk ook niet anders. Ik verbind verkopende ondernemers met kopende ondernemers. Doe ik dat omdat het omzet oplevert? Nee, is mijn antwoord.  Ik wil mensen verbinden omdat ik geloof in samenwerking en delen. Een prachtig gezegde is dan ook: ‘alleen loop je harder, maar samen kom je verder’.