‘Samen omgevingen creëren waar geluk en gezondheid voorop staan; nu en in de toekomst’, zo luidt de nieuwe missie van Dura Vermeer Bouw Zuid. Een missie die opvalt in een traditionele bouwbranche. De activiteiten van het familiebedrijf omvatten dan ook ‘veel meer dan alleen stenen stapelen’. Martin licht toe: ‘We bouwen niet alleen panden en woningen, maar creëren gezondere en duurzame leefomgevingen. Hierbij staan niet de wensen en behoeften van de architect centraal, maar die van de eindgebruikers. Samen met hen creëren we een nieuwe buurt, waar het aangenaam toeven is.’
Hittestress en wadi’s
Binnen een prettige en mooie leefomgeving is er veel ruimte nodig voor groen, vindt Martin: ‘Groen zorgt namelijk voor kwaliteit van de openbare ruimte en levert aantoonbaar minder hittestress op in bebouwd gebied.’ Als voorbeeld haalt hij het woningbouwproject Langen Linden in Boxtel aan. Op de plek van het voormalige zorgcomplex Lindenlust worden door Dura Vermeer Bouw Zuid 72 nieuwbouwwoningen met een jaren 30-architectuur gerealiseerd. ‘De nieuwe wijk bevat bestaande bomen met een monumentale uitstraling en er worden volop nieuwe bomen geplaatst om het groene karakter te behouden. We laten een omgeving altijd groener achter dan we het aantreffen.’ Maar dat is niet het enige natuurinclusieve waar over nagedacht wordt: het regenwater wat op de locatie valt wordt lokaal geborgen in wadi’s (infiltratievoorziening, red.) en onder de verharding. ‘Hiermee zorgen we voor lokale infi ltratie van water wat de aanplant ten goede komt. De wadi’s dragen op kleine schaal ook bij aan de biodiversiteit van het gebied.’
Opgave van de toekomst
De duurzaamheidsvisie van het bouwbedrijf sluit goed aan op het overheidsbeleid, dat erop gericht is om de CO2- en stikstof-uitstoot fors te reduceren. ‘De aangescherpte wet- en regelgeving heeft grote gevolgen voor de bouwindustrie. Je moet op een andere manier naar ontwikkelen en bouwen gaan kijken. Zo wordt er steeds vaker gekozen voor hout en het hergebruik van materialen; wat is nog bruikbaar en toepasbaar?’ Van zulke vraagstukken gaat Martins hart sneller kloppen. ‘Door traditionele oplossingen los te laten, ontstaat er ruimte voor vernieuwende en creatieve ideeën.’ Enthousiast vertelt hij over een project in Eindhoven, waar aan de Avignonlaan een duurzaam schoolgebouw is gerealiseerd. ‘Hierbij hebben we donorstaal uit bestaande schoolgebouwen ingezet voor de nieuwe constructie. Ook zijn de kozijnen hergebruikt en voorzien van goed geïsoleerde ramen. Op deze manier ben je op een andere wijze bezig met bouwen en de opgave van de toekomst.’
No-brainer
Voor Dura Vermeer Bouw Zuid is duurzaamheid een no-brainer. ‘Stikstof is hygiëne; daar moet je als bouwbedrijf al lang mee bezig zijn. Anders heb je geen bestaansrecht’, stelt Martin. Het realiseren van duurzame bouwplannen kan je volgens hem echter niet alleen. ‘Samen met partijen als landschapsarchitecten, ingenieurs, gemeenten en provincies moet je de schouders eronder zetten en denken in mogelijkheden.’ Vooral op de bouwplaats is er nog een wereld te winnen, meent Martin: ‘Als bouwbedrijf lopen we voorop qua inzet van duurzame materialen en middelen. Onze partners daarin meekrijgen is soms nog best lastig. We kunnen niet van de ene op de andere dag om naar niet-fossiel. Dat vraagt om forse investeringen en dus ook tijd. Naar dit moment werken we zeker toe, alleen bevinden we ons nog in een overgangsfase.’
Materialenschaarste
‘De coronacrisis zorgde even voor een korte dip, maar de woningmarkt wist zich snel te herpakken. Sterker nog: de vraag naar woningen is juist toegenomen’, vertelt Martin. Hoewel Dura Vermeer niet direct door de crisis geraakt is, ondervindt het bedrijf wel hinder van de gevolgen. ‘Er is een enorme schaarste aan materialen ontstaan, vanwege de toenemende vraag en de stijgende transportkosten. Hierdoor rijzen de prijzen van onder meer staal en hout de pan uit. We zien het als een tijdelijke hobbel, waardoor we ons niet laten afremmen.’
Een miljoen woningen
Toch draagt deze ontwikkeling volgens Martin niet bij aan de gigantische woningbouwopgave waar Nederland voor staat: tot 2030 moeten er een miljoen woningen worden gebouwd. ‘Dit voor elkaar te krijgen, is een zeer grote collectieve uitdaging. Naast de pandemie heb je te maken met steeds complexer wordende wet- en regelgeving, beperkingen vanwege PFAS en stikstof, schaarste van locaties en materialen en krapte op de arbeidsmarkt. Hierdoor verlopen ontwikkelprocessen traag en stroperig. De vraag is: hoe kunnen we met elkaar versnellen, zodat we aan de enorme vraag kunnen voldoen?’ Martin ziet graag dat er een nieuwe Minister van Ruimtelijke Ordening en Wonen wordt aangesteld. ‘We zitten in een vacuüm. Het is nodig dat Den Haag de regie neemt, zodat er landelijk eenduidig, maar vooral ‘simpeler’ beleid wordt vastgesteld. Hierna kunnen we dan wellicht met elkaar effi ciënt en effectief aan de gang met onze woningbouwopgave. Pas dan kunnen we écht gaan versnellen en bouwen aan een duurzame toekomst.’
Tekst: Linda Groothuijse
Fotografie: Kees Bennema