Hij is als architect geschoold, maar wil vooral aan zijn klanten bewijzen dat een goed team allesbepalend is voor het eindresultaat van een project. ‘Ik geloof niet in gelegen-heidsteams, maar in gespecialiseerde teams. De bouw wordt steeds complexer. Bovendien horen ontwerp en uitvoering bij elkaar’, zegt Michiel Stevens, nu twintig jaar directeur van Winters bouw & ontwikkeling. ‘Ik probeer de klant mee te krijgen in de keuze voor het meest passende bouworganisatiemodel voor hem, waarbij ik harde toezeggingen, garanties en risico’s naar me toe durf te trekken. Ik ben dus meer een risicodragend adviseur. Maar dan wil ik het voor een groot deel ook voor het zeggen hebben.’ Dat is niet altijd makkelijk. De markt is uitgehold, de capaciteit is zowel bij architecten als bouwondernemingen sterk afgenomen. Daarmee komt de kwaliteit onder druk te staan. Michiel kiest daarom binnen zijn bedrijf voor vier verschillende teams met elk een eigen specialisme en vaste partners. ‘Zij spreken dezelfde taal en gaan met een passend bouworganisatiemodel aan de slag’, legt hij uit. ‘Het ideale model moet gevonden worden in die bewuste samenwerking. De integrale coördinatie is een rol die wij graag pakken.’
Krenten uit de pap
De sector vraagt om scherp te blijven. Door de toenemende vraag gaat vanwege de afgenomen capaciteit al snel alles en iedereen op slot. ‘Het gevaar is dat iedereen alleen de krenten uit de pap wil hebben waardoor samenwerking in los zand vervalt’, reageert Michiel die tot de zesde generatie van het familiebedrijf behoort. ‘Hierdoor dreigen we de kracht van het collectief, waar we juist door de crisis toe genoodzaakt waren, weer te verliezen. De uitdaging is om dit vast te houden. Het mag niet zo zijn dat we tegen elkaar uit worden gespeeld en dat prijzen weer onverantwoord gaan stijgen. De frustratie is uiteindelijk voor de klant. Daarom nodigen wij de klant het liefste uit om in een vroegtijdig stadium met ons om de tafel te zitten.’
Onverantwoord fenomeen
Het eeuwige prijsvechten dat niet gebaseerd is op kwaliteit en toegevoegde waarde, vindt Michiel een ander onverantwoord fenomeen. Daarom is hij gaan schuiven in de markt. ‘Onze focus op nieuwbouw van utiliteitswerken is verschoven naar duurzame herontwikkeling en transformaties van bestaand vastgoed’, merkt hij op. ‘Denk aan ziekenhuizen, zorgcomplexen en kantoren. Die markt selecteert niet alleen op prijs, maar kijkt ook naar de toegevoegde waarde in de vorm van snel acteren, onderscheidend zijn en korte doorlooptijden.’ Hierbij omarmt Michiel de lean filosofie die verspilling in het totale bouwproces detecteert en weghaalt met een enorme kostenbesparing en efficiency als resultaat. Ook dit lukt volgens hem alleen met een vast team van partners.
Rol omgooien
Hij investeert niet alleen in zijn bedrijf, maar ook in zichzelf. Michiel heeft een vier jaar durende training achter de kiezen om een nog betere coach voor zijn mensen te kunnen zijn. In een top down beleid gelooft hij allang niet meer. ‘Als ik mensen in hun kracht wil krijgen en houden, moet ik mijn eigen rol compleet omgooien’, zegt Michiel. ‘Elke verandering die je wilt zien, begint bij jezelf. Mensen vinden het waarschijnlijk leuker om met mij te werken dan jaren terug. Ik heb beter leren luisteren en probeer ze zo goed mogelijk te ondersteunen. De uitdaging is om de juiste vragen te stellen die anderen stimuleren om hun eigen creativiteit te gebruiken. Hierin hoop ik een inspiratie te kunnen zijn.’ Hij verwijst naar het boek ‘Drive’ van Daniel Pink dat uitlegt waarom de wortel en de stok niet meer werken, maar motivatie - voortvloeiend uit autonomie, meesterschap en zingeving - des te meer. ‘We worden te veel afgeremd door allerlei randfactoren’, aldus Michiel. ‘Autonomie wordt beknot in regelzucht. Ik wil jonge mensen stimuleren om los te breken uit traditionele patronen en ondernemender en radicaler te durven zijn.’
Tekst: Jeanette van Haasen
Fotografie: Kees Bennema