‘Ik ben opgegroeid in Breda-Noord en had het thuis niet echt makkelijk. Daar wijd ik liever niet over uit, maar het heeft natuurlijk invloed gehad op de rest van mijn ontwikkeling. Toen ik 12 jaar was ging ik helpen op de markt. Voor Tilburgse Kousenhandel Engelien mocht ik dozen lossen en de kraam opbouwen. Ik was 1 meter 34 en kon rechtop in het vrachtautootje staan. Dat was handig.’
Eigenlijk marketeer
‘We drapeerden onze waren keurig in doosjes. Drie keer vier meter sokken strak op maat en kleur. We verkochten maillotjes die bij de Hema veel goedkoper waren, puur vanwege onze presentatie. Die marktkraam is een voedingsbodem geweest voor mijn carrière omdat ik het basisprincipe ‘presenteren doet verkopen’ leerde. Bij Finntax heeft het me geen windeieren gelegd. Ik ben eigenlijk marketeer in hart en nieren, maar ben daar gaandeweg pas achter gekomen.’
Oprecht
‘Ik begon met de verkoop van Finse taximeters, vandaar ook de naam. Niet echt een succes. Maar via de portofoons en mobilofoons was de stap naar de illegale telefooncentrales snel gemaakt. Sinds mijn jeugd heb ik geleerd om voor mezelf te knokken en met minder geen genoegen te nemen. Finntax werd een trendsettend telecombedrijf met een omzet van uiteindelijk 12 miljoen euro per jaar. De basis van ons succes? We werden niet gedreven door geld maar door klanten. Dat is een cliché maar ik meen het oprecht.’
Een podium
‘Ik heb spraakmakende marketingstunts bedacht. Zoals in 1996 toen mobieltjes hot waren. We haalden zelfs het NOS-journaal doordat ik de Ericsson GH 388 voorzag van het NAC-logo. De allereerste voetbal-gsm was een feit! Zo heb ik legio voorbeelden van proactieve marketing waarbij we een podium voor onszelf creëerden en daarmee de concurrent een stapje voorbleven. Wanneer je jezelf groots wegzet ben je onderscheidend en wek je vertrouwen. Ik was een strenge baas voor mijn personeel. In combinatie met mijn lengte bezorgde me dat de bijnaam Kleine Napoleon. Soms word ik aangesproken door oud-werknemers: ‘Ron je was niet makkelijk, maar je hebt me wel de goede richting ingestuurd’.’
Slager met brood
‘Ons DNA was telefonie en toen ICT steeds belangrijker werd in deze branche, voelde ik me als een slager die brood moest gaan verkopen. Ik probeerde die twee werelden met elkaar te verenigen door een ICTbedrijfje over te nemen. Dat werkte niet. Uiteindelijk begreep ik dat de continuïteit van Finntax het meest gebaat zou zijn bij overname door een ICT-bedrijf. Detron bleek geschikt; financieel daadkrachtig, ervaren en sterk in de nieuwe wereld. Op 24 juni 2007 tekende ik het overnamecontract waarin was vastgelegd dat er geen gedwongen ontslagen zouden vallen. Een emotionele periode van wikken en wegen ging hieraan vooraf; wanneer je van 0 komt is een bedrag met zes nullen iets onwezenlijks.’
Toen was het stil
‘Ik ben een solist, geloofde vooral in mijn manier. Het was voor het bedrijf goed dat er een frisse wind zou gaan waaien. Toch vond ik het moeilijk om mijn personeel te moeten vertellen dat ik wegging. Zij waren medeverantwoordelijk voor het succes van Finntax. Ik legde open uit hoe de vork in de steel zat en heb ze oprecht bedankt. Daarop volgde applaus. In december kreeg ik een prachtige surpriseparty. Toen was het opeens stil. Ik was 47 en financieel onafhankelijk. Ik kocht een boot maar dat bleek niet mijn ding. Plezier in het ondernemerschap, kennis delen en het motiveren van mensen hielpen mij inzien dat ik gewoon moest blijven werken.’
Tekst: Henrike Brouwer
Fotografie: Kees Bennema