‘Vanuit zijn werk als verpleegkundige op de spoedeisende hulp gaf mijn vader les in EHBO & Reanimatie’, vertelt Sander. ‘Toen de BHV verplicht werd, werd hij een mobiele opleider, naast zijn bestaande baan. Dat is nu 25 jaar geleden. Mijn moeder, ook verpleegkundige, ondersteunde hem. Tussen hun diensten door waren ze druk met lesgeven en certificaten schrijven. Zelf heb ik nooit interesse gehad in een baan in de zorg. Tijdens een snuffelstage op mijn moeders werk merkte ik dat ik vooral het menselijke contact leuk vond. Daarom ben ik de commerciële kant opgegaan.’
Hard nodig
Het was de bedoeling dat Sander na zijn studie eerst een tijdje ervaring zou opdoen in andere organisaties, maar toen First Care een grote opdrachtgever aantrok, was hij hard nodig in de zaak van zijn ouders. ‘Ik ging me bezighouden met sales en het management, zodat mijn vader zich meer kon focussen op het lesgeven en de kwaliteit van de trainingen kon bewaken. Ondertussen was First Care uitgegroeid tot een organisatie die alles doet op het gebied van veiligheid: van trainingen in EHBO en BHV tot RI&E en veiligheidsadvies. We leren mensen een situatie te herkennen en daarop in te grijpen. Als je goed voorbereid bent op een calamiteit, voel je misschien wel stress maar geen paniek. Bij paniek ga je rare dingen doen.’
Hoogtijdagen
Over een paar jaar neemt Sander First Care volledig over. Hij had zijn vader graag uit eten genomen voor het 25-jarig jubileum. Maar ja, corona. Het virus zorgde er ook voor dat hij al een eeuwigheid niet in het Willem II-stadion is geweest. In de hoogtijdagen onder Co Adriaanse zat hij er met zijn vader in vak M. De laatste jaren had hij twee stoelen via de Bonheur. ‘Nicky Foesenek vroeg me of we interesse hadden. Dat heb ik met beide handen aangegrepen. In de businessclub kun je gezellig babbelen met bestaande en nieuwe relaties. Ik kan echt niet wachten tot we weer naar het stadion mogen.’
Tekst: Raquel Mourik
Fotografie: Toin Damen