Bij gastheer Peter van Bebber (vestigingsdirecteur Rüttchen Autowereld in Tilburg) schuiven tien heren aan die vanuit hun eigen expertise gedurende de discussie diverse tips en adviezen geven aan ondernemers in de regio. Rüttchen Autowereld heeft meerdere vestigingen in Noord-Brabant en verkoopt en onderhoudt zowel personen als bedrijfs- en vrachtwagens van de merken Mercedes-Benz, Mitsubishi, Smart, Honda, Dodge, Chrysler en Jeep. De kantoren van Rüttchen in Tilburg liggen boven de immense showroom op bedrijventerrein Kraaiven, de prachtig opgepoetste wagens glimmen de bezoeker tegemoet. De lucht is zwaar van mobiliteitsgeur: het belooft een mooi debat te worden.
Meedenken
Louis van Stralendorff, eigenaar van Interselling, leidt het gesprek in goede banen. Hij geeft de aanzet tot een levendige discussie met de boude stelling: “Autobedrijven zijn lui en denken te weinig mee met de klant.” De eerste die reageert, is Robert Wielders (Renova Lease): “Tot enkele jaren geleden konden we inderdaad lui achterover zitten, omdat de klanten vanzelf wel kwamen. Maar nu is het niet meer alleen de emotie van de berijder die telt, de werkgever bepaalt heel veel. Zaken als milieu, hoeveelheid uitstoot en tariefstelling zijn erg belangrijk.” Peter van Bebber bevestigt dat er in zijn branche een omslag nodig is. “We moeten een partner worden van ondernemers en meedenken in de mobiliteitsbehoefte, bijvoorbeeld door verder te denken dan het eigen productengamma.”
Ontzorgen
Op basis waarvan kiezen de ondernemers en beslissers hier aan tafel eigenlijk voor een leasemaatschappij of dealer? Roland van den Brand (SBA Flex) geeft aan dat voor hem - dus vanuit ondernemers- en werkgeversoogpunt gezien - zowel de prijskwaliteitverhouding als service van belang is. “Wij kiezen niet automatisch voor de laagste prijs, maar kijken bijvoorbeeld naar de snelheid waarmee een offerte binnen is, hoe er gerapporteerd wordt en of we voldoende ontzorgd worden.” Ook voor Arjan Damman (Stork Technical Services) is service van belang. Hij let er bij de keuze voor een leasemaatschappij op dat medewerkers zo min mogelijk tijd verliezen bij het regelen van zaken rond hun auto. “Dus dat het wisselen van banden en onderhoudsbeurten zo soepel mogelijk verlopen”, geeft hij als voorbeeld. Bas Meijers (GAC Business Solutions) is het met hem eens. “Onze medewerkers mogen geen tijd verliezen. Ze mogen uit alle automerken kiezen. Bij hun keuze zijn comfort, status en veiligheid de belangrijkste eisen.”
Lage bijtelling
Verschillende debaters geven aan dat de hoogte van de bijtelling voor berijders een belangrijk argument is om voor een bepaalde auto te kiezen. Florentijn Aalberts (Business Lease Waalwijk): “Er is onder berijders de afgelopen jaren een run ontstaan op auto’s met een lage bijtelling van 14% en 20%. Ook zien we een stijgende behoefte aan advies over mobiliteit en mobiliteitsbudgetten. Hierbij ontstaat de vraag naar een combinatie van poolauto’s, leaseauto’s, huurauto’s en abonnementen voor het openbaar vervoer. Wij zien dit ook steeds vaker in Noord-Brabant. Ik verwacht ook dat er steeds meer thuis en mobiel gewerkt zal gaan worden. De combinatie auto en OV is daarbij natuurlijk ideaal.” Niet alle debaters zien het nut van een dergelijke constructie in deze provincie. Het traject Waalwijk-Tilburg bijvoorbeeld is per OV ellenlang. Toch kan het OV wel gezien worden als een bedreiging voor de autobranche. En hoe gaat de toch nog zeer traditionele autobranche hiermee om? Robert Wielders: “De autobranche zal niet snel adviseren over OV-gebruik. Maar leasemaatschappijen zoals de onze, zijn wel flexibel doordat ze meer merken aanbieden dan die uit de eigen showroom.” En hoe gaat het op de verhuurmarkt? Ad Melissant (AutoRent Ad Melissant) ziet een terugloop in de verhuur van vervangende auto’s. “Dat is een trend. Berijders kiezen ervoor om in de garage te wachten tot hun auto klaar is, ze kunnen vrijwel overal mobiel werken. Of ze laten zich door iemand ophalen.” Wel is er een toename in short leaseconstructies. Dit is een leaseconstructie die ondernemers veel flexibiliteit biedt.
Short lease
En hoe zit het met samenwerken? In steeds meer BOB Debatten constateren ondernemers dat hun toekomst ligt in meer samenwerking binnen en buiten de eigen branches. Jan-Otto van Dillen (Van Mossel) zegt: “Samenwerking binnen de autobranche komt nog steeds moeilijk van de grond. Wel is het zo dat leasebedrijven met een universeel wagenpark op dat terrein stappen maken.” Louis van Stralendorff is benieuwd hoe mobiliteit geregeld is bij de politie. Jos Donders (adviseur mobiliteit Politie Nederland) vertelt: “Wij leasen niet. Tot voor kort regelden de regio’s het wagenparkbeheer ieder op hun manier, door de komst van de Nationale Politie zal dit veranderen. Op dit moment zijn we bezig om dit op een eenduidige manier in te richten. De wet- en regelgeving bij een Europese aanbesteding maakt het soms moeilijk de juiste partner te krijgen.”
Auto als statussymbool
Het is volgens de debaters vooral de jongste generatie rijders die het milieu mee laat spelen in de keuze voor een auto. Roland van den Brand: “Zij zijn bewust bezig met mvo en duurzaamheid en kiezen een auto mede op basis van de kosten.” Ad Melissant bevestigt: “Voor hen is de auto niet meer zo’n statussymbool.” Dit is ook een van de redenen waarom de vraag naar kleine auto’s zo gegroeid is. Leonard van de Wiel (De Auto Avenue): “Auto’s met het A- of B-label doen het erg goed.” Deze auto’s scoren laag in de wegenbelasting, stoten weinig uit en hebben een zuinige motor. Ook bij de keuze voor bedrijfswagens speelt groen denken een belangrijke rol. Jos van Gorp (Rüttchen Autowereld): “Betrouwbaarheid ,het kostenaspect, het milieu, die overwegingen zien we zowel bij personen als bij bedrijfswagens.” Maar fiscale regelingen rond het stimuleren van zuinig rijden staan op losse schroeven. Dat leidt tot veel onzekerheid. De debaters constateren dat het op dit moment ontzettend moeilijk is om vooruit te kijken en iets te adviseren over de aanschaf van een nieuw wagenpark. Bas Meijers is van mening dat de Nederlandse overheid ook echt wel iets goeds doet. “Groen rijden is en wordt nog steeds erg gestimuleerd. Als bedrijfsleven zouden we meer mee moeten denken met de overheid.” Arjan Damman vindt het vooral belangrijk dat werkgevers ergens op kunnen sturen. “Wetten moeten dus langer gelden. Alleen dan kunnen ondernemers investeren en plannen.” Ook Jos Donders ziet dat het liefste. Jan-Otto van Dillen stelt dat inspelen op overheidsmaatregelen totaal geen zin heeft. “Neem aardgas, dat zou het helemaal worden, maar ineens werd de subsidieregeling stopgezet en waren bedrijven hun investering kwijt.”
Samenwerking
Zuinig rijden is dus een belangrijk keuzeargument. Maar ieder automerk heeft een zuinig exemplaar in de collectie, dus hoe kan een leasemaatschappij of dealer zich hierin onderscheiden van zijn concurrenten? Van Gorp: “Door duidelijk te zijn, afspraken na te komen en rijders altijd mobiel te houden.” Volgens hem valt er voor zijn branche nog winst te behalen door samenwerking te zoeken met verhuurbedrijven. Leonard van de Wiel bevestigt: “Mensen willen snel geholpen worden, een particulier wil een leenfiets en een zakelijk rijder een vervangende auto en een verhuurder kan die snel leveren.” Eerder in dit artikel zijn leasemaatschappijen en autobedrijven bestempeld als traditioneel. Maar volgens de debaters valt dat echt wel mee. Florentijn Aalberts: “Wij houden onze ogen echt niet dicht voor de ontwikkelingen rond thuiswerken en de verbeteringen in het openbaar vervoer. Onze dienstverlening sluit aan op de behoefte. Wij hier aan tafel zullen allemaal op al deze ontwikkelingen in moeten spelen.” Ook de crisis wordt tijdens dit debat genoemd als reden voor berijders om massaal te kiezen voor een auto met slechts 14% bijtelling. Volgens Bas Meijers kunnen leasemaatschappijen nog veel winst behalen door meer samen te werken met afdelingen HRM. “Samen kunnen zij keuzes maken en zorgen dat ze actueel blijven, want medewerkersbestanden ontwikkelen zich continu.” Hij heeft het hier over bedrijven met minstens 100 medewerkers. Gespreksleider Louis van Stralendorff oppert: “Leasemaatschappijen zouden verder moeten doorvragen naar de behoeften en zouden bijvoorbeeld toch ook constructies moeten kunnen bieden waarin berijders drie dagen een auto hebben en twee dagen met de trein reizen?” Arjan Damman, die bij een grote onderneming werkt, merkt zeker dat leasemaatschappijen hierover nadenken. “Maar ze worstelen met hoe ze om moeten gaan met de mobiliteit van bedrijven, terwijl bedrijven ook met hun eigen mobiliteit worstelen.” Beide partijen moeten dus investeren in het ontwikkelen van een duidelijke visie op mobiliteit.
Elektrisch rijden
Ook de ontwikkelingen op het gebied van techniek en brandstof worden besproken. Over de toekomst van de elektrische auto zijn ze gematigd optimistisch. Jos Donders: “Net als bij de introductie van aardgas in de automotive wereld, is het aantal tank- (oplaad)punten op dit moment te klein waardoor de introductie van de elektrische auto te vroeg kwam.” Bas Meijers ziet er wel de mogelijkheden van. Hij zegt: “Ik heb er zelf eentje besteld. Het is een ideale auto als je ermee van huis naar je werk moet rijden en op beide plaatsen op kunt laden. Na 60 tot 80 kilometer schakelt de motor over op benzine.” Leonard van de Wiel voorspelt: “In 2015 heeft ieder merk een elektrische auto en daardoor zal het aantal oplaadpunten toenemen.”
Bewust rijden
Een laatste onderwerp waarover gesproken wordt tijdens dit debat is bewust rijden. Want ook daarmee kun je zuiniger en dus goedkoper rijden. Wat vinden de debaters daarvan? Volgens Florentijn Aalberts is het een goed, maar zeer intensief middel. “Wij hebben een aantal klanten waarmee we een bewust rijden programma volgen. Het programma kost veel tijd en is kostbaar, maar het levert ook veel op. De winst zit met name in bewustwording. Hierdoor creëer je gedragsverandering en dus een kostenbesparing.” Volgens Arjan Damman, die ervaring met een dergelijk programma heeft, zijn de effecten ervan moeilijk meetbaar. Aalberts legt uit dat veel wel degelijk meetbaar is. De kosten kunnen voor en na de training gemeten worden. Daarnaast kun je goed gedrag belonen ter ondersteuning van de training. We zijn er van overtuigd dat er minimaal 10% besparing gerealiseerd kan worden, wanneer de bestuurders van de auto’s bewuster gaan rijden!” Jos van Gorp geeft aan dat het in de wereld van de bedrijfswagens al lang zeer gebruikelijk is om bewust te rijden. “Chauffeurs krijgen les in zuinig en geanticipeerd rijden. Alles gericht op het besparen van kosten en het milieu.”